14 juli 2022

Parlementaire wapens

De Kamer heeft twee taken. Ze controleert de regering en maakt mét de regering wetten. Daarbij kan de Kamer gebruikmaken van een heel ‘wapenarsenaal’. De SGP-Kamerleden van het eerste uur maakten, net als die van andere partijen, daar sporadisch gebruik van. Na 1960 werd de Kamer activistischer, al liep de SGP daarbij bepaald niet voorop.

De inzet van de SGP-fractie richtte zich met name op onderwerpen die de partij na aan het hart lagen. Uiteraard de principiële thema’s, maar per Kamerlid proef je ook waar ze persoonlijke warm voor liepen omdat ze meer over een onderwerp wisten of uit persoonlijke interesse. Of gewoon omdat ze zelf, of mensen in de achterban ergens tegenaan liepen.

Vragen stellen
Met schriftelijke vragen kan een Kamerlid niet alleen informatie opvragen, maar ook laten zien wat hijzelf en zijn partij, belangrijk vindt. Wat óók helpt: vragen ‘scoren’ beter in de media. Van het vooroorlogse trio was ir. Van Dis de actiefste vragensteller. Over de zondagsrust, ‘Rome’ of onbetamelijke radio- en televisie-uitzendingen. Verreweg de meeste vragen gingen over dierenwelzijn: dierproeven, vivisectie, veetransporten, ritueel slachten. Hij was ook de eerste in Nederland die in schriftelijke vragen zijn afschuw uitsprak over het doodknuppelen van zeehondjes. Kamerleden kunnen ook mondelinge vragen stellen. De SGP-Kamerleden zijn er terughoudender mee. Vernieuwer Van Rossum was er als eerste bij. In 1978 ondervroeg hij minister Gruijters van Volkshuisvesting over een lokale kwestie in Maassluis.

Moties
Moties zijn uitspraken van de Kamer. Zo’n motie kan een wens bevatten, of een oordeel, of een ‘opdracht’ aan het kabinet. De Kamer kan zelfs met een motie een kabinet of minister naar huis sturen. Het zichtbare resultaat van een SGP-motie is iedere dag in de vergaderzaal van de Kamer te aanschouwen: de Nederlandse vlag. Van der Staaij diende die in samen met PVV-voorman Wilders. Lang werd zoiets in Nederland ‘te nationalistisch’ gevonden, maar in 2017 kwam hij er. Alleen ‘de Dieren’ stemden tegen.

Interpellaties of spoeddebatten
Vroeger had je interpellaties, nu spoeddebatten. Feitelijk komt het op hetzelfde neer: een Kamerlid mag zelf een onderwerp agenderen om over te debatteren. De SGP is niet zo spoeddebatachtig. De Kamerleden maakten en maken er slechts af en toe gebruik van. Ds. Kersten interpelleerde in 1928 de minister van Waterstaat over de bevoordeling van de NS ten opzichte van busondernemingen op Zuid-Beveland. Ds. Abma interpelleerde in 1974 minister Van Agt van Justitie over z’n vergoelijkende uitspraken over burgerlijke ongehoorzaamheid. Een SGP-motie hierover werd door de minister ontraden, “zij het met een zeker leedwezen, want de geachte afgevaardigde, de heer Abma is mij dierbaar.” Dit jaar agendeerde Bisschop het dolgedraaide stikstofdossier dat steeds meer boeren fataal wordt.

Amendementen
Een amendement is een voorstel om een wet te wijzigen. Wordt een amendement aanvaard, dan is de wet daarmee veranderd. Wat veel mensen niet weten, is dat een begroting óók een wet is en dat je als Kamerlid met een amendement kunt ‘regelen’ dat er voor een bepaald doel meer geld beschikbaar komt, of juist minder.

Dat deden ds. Kersten en ds. Zandt door in 1925 een amendement in te dienen op de begroting van Buitenlandse Zaken om geen geld meer uit te trekken voor de Nederlandse ‘ambassade’ bij het Vaticaan. Toen bleek dat daar ook steun voor was bij ARP en CHU, trokken de rooms-katholieken de stekker uit het kabinet-Colijn. De ‘nacht van Kersten’ was een feit.

Parlementaire enquête
Het zwaarste ‘wapen’ (controle-instrument) van de Kamer is een parlementaire enquête. Daarmee kan de Kamer getuigen, waaronder politici, onder ede verhoren. Kamerleden die aan zo’n onderzoek meedoen, hebben daar een dagtaak aan, wat voor leden van kleine fracties bijna ondoenlijk is. Desondanks zaten er ook SGP’ers in enquêtecommissies. De meest geruchtmakende enquête werd gehouden n.a.v. het faillissement van het scheeps- bouwconcern Rijn-Schelde-Verolme (RSV). ‘Onze’ Van Dis jr. was daarvan een ‘kundig en gewaardeerd lid’.

De voor de minister van Economische Zaken vernietigende conclusie van het RSV-rapport leidde tot een debat waarin fractievoorzitter Van Rossum twee woorden bezigde die bleven hangen. Hij typeerde de minister als ‘aangeschoten wild’. Sindsdien wordt die typering gebruikt voor politici die politiek zwaar beschadigd zijn door een affaire of schandaal.

Initiatiefwetten
Had ds. Kersten nog gezegd: “Het staat niet aan mij wetten te maken. De Regeering trede op,” zijn politiek nazaat ir. Van Rossum diende in 1967 het eerste SGP-initiatiefwetsvoorstel in. Het ging, hoe kan het ook anders bij deze water- staatsman, over het onderhoud van openbare watergangen. Zowel in de Tweede als Eerste Kamer werd de initiatiefwet unaniem aangenomen en later bekrachtigd door de koningin. Kamerbreed was er lof voor het initiatief van de kleine SGP.

Geschreven door Menno de Bruyne, voorlichter bij de SGP-Tweede Kamerfractie.